De digitale vraagbaak voor het wiskundeonderwijs

home |  vandaag |  gisteren |  bijzonder |  gastenboek |  wie is wie? |  verhalen |  contact

HOME

samengevat
vragen bekijken
een vraag stellen
hulpjes
zoeken
FAQ
links
twitter
boeken
help

inloggen

colofon

  \require{AMSmath}

Reageren...

Re: Steekproefomvang bepalen

In een driehoek ABC stellen we BC = a CA = b AB = c .
We trekken de bissectrice van de hoek A en geven het snijpunt met BC de naam D.
Welk veelvoud is vector BD van vector DC?

Antwoord

In driehoek ABC met bissectrice AD geldt de zogenoemde bissectricestelling.
q22123img1.gif
Deze stelling houdt in, dat
AC : AB = CD : BD
of met letters (die de lengte van de lijnstukken aangeven):
b : c = p : q
of ook
b·q = c·p
zodat
q = (c/b)·p of |BD| = (c/b)·|CD|
Het antwoord op de vraag.

De bissectricestelling laat zich eenvoudig bewijzen met behulp van bovenstaande figuur.

De lijn BE is evenwijdig met AD. Dan is direct duidelijk, dat AE = c.
In driehoek CBE (met AD // BE) geldt dan:
CA : AE = CD : BD of b : c = p : q

Gebruik dit formulier alleen om te reageren op de inhoud van de vraag en/of het antwoord hierboven. Voor het stellen van nieuwe vragen kan je gebruik maken van een vraag stellen in het menu aan de linker kant. Alvast bedankt!

Reactie:

Klik eerst in het tekstvlak voordat je deze knopjes en tekens gebruikt.
Pas op: onderstaande knopjes en speciale karakters werken niet bij ALLE browsers!


áâæàåãäßçéêèëíîìïñóôòøõöúûùüýÿ½¼¾£®©




$\mathbf{N}$ $\mathbf{Z}$ $\mathbf{Q}$ $\mathbf{R}$ $\mathbf{C}$
Categorie: Steekproeven
Ik ben:
Naam:
Emailadres:
Datum:17-5-2024